Jezelf Verdwalen
Over je eigen verhaal en daar de woorden voor vinden
GA JE MEE?
ER was een WIE
Die kreeg WAT!
WAT?
Ja, een enorme WAT.
WAAROM?
En WANNEER?
HOE dan?
Dat vroeg WIE zich ook af
WIE ging naar WAAR…
En was lang onderweg
En toen… En toen…
Na heel veel gedoe
Na enorm veel WAT
A: kwam het goed
B: ging het verkeerd
C: was het nog lang niet afgelopen
D: leefde Wie nog lang en gelukkig
WIE ging er bijna aan onderdoor;
WIE had heel veel geleerd.
WANT;
Waar jij (wie) vandaan komt
En waar je (wie) naar toe gaat
Dat is jouw (het) verhaal